Steenhuis ontdekt in Eenrum

foto’s en tekst Daan Wennips

Recent bouwhistorisch onderzoek heeft een steenhuis uit 1467 aan het licht gebracht. Het steenhuis gaat verscholen achter de gepleisterde muren van het woonhuis van boerderij ‘Den Oever’, even buiten Eenrum.

aan zee

Dat de plek van de boerderij vele eeuwen teruggaat, bewijst de naamgeving van de boerderijplaats. De naam ‘Den Oever’ stamt namelijk uit de tijd dat de verhoging waarop de boerderij staat nog aan de Waddenzee lag. De rivier de Hunze, die vanuit Drenthe via de stad Groningen over het platteland stroomde, mondde in de middeleeuwen uit nabij Den Oever. De benedenloop van de Hunze werd omstreeks 1200 verlegd en ook de kustlijn kwam door de vele zeekleiontginningen verder van de boerderij te liggen. Nu is de boerderij omgeven door uitgestrekte weilanden maar de vroegere loop van de rivier is nog altijd goed op de hoogtekaart te herkennen.

bouw steenhuis

In 1467 is het steenhuis gebouwd. De maat van het grondvlak (9,20 bij 6,30 meter buitenwerks) en de nokhoogte van 8,40 meter passen naadloos binnen de bouwtraditie van de steenhuizen. Een steenhuis was een klein verdedigbaar gebouw waarvan er velen in het noorden van Nederland en Duitsland hebben gestaan. In de middeleeuwen gold het steenhuis als een goed verdedigbare uitvalsbasis ten tijde van lokale schermutselingen, zogenaamde vetes. In de loop van de vijftiende eeuw liep deze vetemaatschappij echter op z’n eind. Conflicten werden grootschaliger waarbij veel steenhuizen het moesten ontgelden. Zo werd bij het conflict tussen de Schieringers en de Vetkopers in 1415 het naastgelegen Herathema steenhuis vernietigd. Mogelijk zijn de stenen zelfs gebruikt voor de bouw van steenhuis Den Oever. Ondanks haar 50 cm dikke muren was Den Oever nauwelijks in staat om een serieuze aanval af te slaan.

Het motief voor de bouw van steenhuis Den Oever heeft waarschijnlijk vooral te maken met aanzien en representatie voor de (vooralsnog onbekende) bouwheer en zijn familie. Een hoog bakstenen gebouw was op het vijftiende-eeuwse platteland immers een opvallende verschijning.

wat rest

Van het oorspronkelijke steenhuis resteren nu nog twee muren tot volle hoogte en twee muurrestanten. Alle mogelijke bouwsporen in het muurwerk gaan schuil achter een dikke negentiende-eeuws pleisterlaag. Slechts in de scheuren van het pleisterwerk zijn de grote bakstenen zichtbaar. Ook de drie oorspronkelijke kapgebinten zijn nog volledig intact. Met behulp van dendrochronologisch onderzoek kon het bouwjaar en ook de herkomst van het hout achterhaald worden. In de gebinten is een complete reeks telmerken gesneden die aan één zijde voorzien zijn van richtingstekens. Met behulp van de telmerken kon de timmerman alle handgemaakte houtverbindingen naadloos in elkaar zetten.

In 1661 is het steenhuis vergroot door deze met exact dezelfde lengte uit te breiden. Evert Writsers en zijn vrouw Tielle bewoonden toen de boerderij. Het echtpaar liet tevens een poortgebouw over de boerderijgracht maken. Naar verluid zou deze opgebouwd met de stenen die overbleven bij de bouw van de kerktoren van Eenrum (1646-1652). Een herdenkingssteen in de toren getuigt nog van hun betrokkenheid bij de bouw van de toren. Het poortgebouw op de boerderijplaats is in 1910 gesloopt, slechts een fotoherinnert hier nog aan.

scheuren

In 1973 kon de “zeer oude boerderij” rekenen op een rijksmonumentale status, waarna het woongedeelte in 1979 een terughoudende restauratie onderging: “konsolidatie van de aangetroffen staat”. Onder meer werden de scheuren in de gevels aangepakt. Maar na enkele jaren verschenen er weer nieuwe scheuren. Sinds 1996 runt de familie Vellinga op gepassioneerde wijze een melkveehouderij op de eeuwenoude boerderij. Helaas voelen zij zich niet gehoord door de aardbevingsinstanties. Bij wijze van noodkreet verfde de familie voorafgaand aan het OpenMonumentenweekend van 2022 één van de monumentale gevels van de boerderij roze. Laten we hopen dat de Groningse aardgaswinning niet het laatste hoofdstuk van de bouwgeschiedenis van Den Oever is.

Het bouwhistorische onderzoek is in de eerste helft van 2023 uitgevoerd door Daan Wennips (Wennips Bouwhistorie) in samenwerking met Peter Boer (ARCX). Paul Borghaerts (HoutDateRing) voerde in april het dendrochronologische onderzoek uit.