Theodorus Beckeringh (1712-1790) was van beroep advocaat, maar is bekend door zijn zogenaamde Borgenkaart. Een kaart van Groningen met op de kaartrand 24 borgen en landhuizen. Op deze website zijn een aantal van Beckeringh’s tekeningen terug te vinden (Starkenborgh, Hanckemaborg en Verhildersum).
In 2016 verscheen een mooi verzorgd boek “De atlas van Beckeringh” met als ondertitel het Groninger landschap in de 18e eeuw. Beckeringh begint vanaf 1748 te tekenen en in 1781 laat hij een kaart drukken met financiële steun van de overheid. In die tijd is een dergelijke subsidie ongebruikelijk, blijkbaar was er behoefte aan een kaart. Ondanks deze steun raakt hij door zijn cartografische activiteiten in grote geldproblemen die hem noodzaken bezittingen te verkopen.
Theodorus Beckeringh trekt de provincie door, lopend, per koets en trekschuit. Overal maakt hij zijn schetsen. Het is niet duidelijk hoe hij precies te werk ging. Bij de trekvaarten kon hij gebruikmaken van de palen die er om de 100 roeden (= 411 meter) stonden, zoals de huidige hectometerpaaltjes langs de snelwegen. Verder zal hij een peilkompas hebben gebruikt. Kerktorens dienden als oriëntatiepunt. Of hij ook een stappenteller heeft gebruikt is onzeker. De kaarten (en schetsen) van Beckeringh bevinden zich in de Groninger Archieven, de Rijksuniversiteit en in het Groninger Museum. Door de borgenkaart van Beckeringh weten we meer over het Groninger landschap in de 18e eeuw en over de 24 afgebeelde borgen op de kaartrand.